Mijn Rotterdamse kracht? Inspireren en structureren
Het verhaal van Arjan
“Het is een stad waar heel veel energie in zit. En iedereen wil haar beter maken.”
In de dynamische wereld van stadsontwikkeling, waar de uitdagingen even divers zijn als de stad zelf, staat Arjan als baken van innovatie en duurzaamheid. Als programmamanager bij cluster Stadsontwikkeling brengt Arjan zijn passie voor mobiliteit en duurzaamheid samen met zijn liefde voor de stad waar hij vandaan komt.
Hoe ben je als programmamanager bij de gemeente Rotterdam terechtgekomen?
“Geboren aan ‘de goede kant’ van de Maas, op Rotterdam-Zuid, was mijn affiniteit met deze stad al vroeg bepaald. Mijn interesse in verkeerssystemen en mobiliteit bracht me naar de verkeersacademie in Tilburg. Mijn eerste professionele stap zette ik bij de RET, de openbaarvervoerdienst van Rotterdam. Maar na een aantal jaar in de OV-wereld wilde ik mijn horizon verbreden en dat leidde mij naar de afdeling Verkeer&Vervoer van de Gemeente Rotterdam.
En als je het dan over verbreding hebt: na een aantal jaar heb ik me laten detacheren als assistent ontwerpcoördinator voor het nieuwe Rotterdam Centraal. Dat was echt een heel leuk en gigantisch project. De projectmanager daarvan, met wie ik samenwerkte vertelde me dat mijn werk- en denkwijze heel goed zou passen bij het projectmanagementbureau. En nu zijn we 19 jaar verder.”
Wat is een programmamanager? En hoe verschilt dat ten opzichte van een projectmanager?
“Een programma gaat niet over een concreet resultaat dat je kan aanraken zoals bij een project. Bij projectmanagement gaat het om bijvoorbeeld de herinrichting van de Coolsingel of het bouwen van een nieuwe toren. Bij programmamanagement gaat het meer om een effect wat je wil bereiken in de stad. Zodra je het hebt over veiligere straten, een mooiere omgeving of een schonere lucht, dan heb je een programmatische aanpak nodig om die doelen te behalen. En daar komt een programmamanager om de hoek kijken. Momenteel werk ik bijvoorbeeld als programmamanager aan het schoner maken van de lucht op het onderdeel mobiliteit.”
Welke programma’s vallen onder jouw beheer en wat is jouw rol?
“Momenteel staan twee programma's onder mijn hoede. Het eerste is gericht op het realiseren van nul-emissie mobiliteit in Rotterdam, waarbij alles wat rijdt – van personenauto's tot vuilniswagens – overgaat op elektrisch of waterstof. Het tweede programma is een samenwerkingsverband met de G4-steden (Den Haag, Amsterdam, Utrecht en Rotterdam), gericht op het delen van kennis en het efficiënter uitvoeren van de taken vanuit de Nationale Agenda Laadinfrastructuur.
Mijn programma in Rotterdam bestaat uit veel verschillende activiteiten en projecten die bijdragen aan het verminderen van de uitstoot in de stad. Veel verschillende afdelingen zijn bijvoorbeeld bezig met het plaatsen van laadpalen, met zero-emissie zones of het vervangen van onze eigen gemeentelijke vuilniswagens door elektrische. Mijn rol is om al die dingen aan elkaar te koppelen en te zorgen dat we met elkaar samenwerken op basis van een strategie, zodat de som groter is dan het geheel der delen. Ik zorg ervoor dat mijn collega’s elkaar kunnen vinden en de aanpakken op elkaar aansluiten, zodat we bijdragen aan het grote doel: gezonde lucht en klimaatneutraal.
In Rotterdam raak je nooit uitgekeken op projecten die gedaan kunnen worden. Je kunt je blijven verbreden of specialiseren.
Kun je de uitdagingen beschrijven die jij en je team hebben overwonnen en uitleggen waarom dat soms wel en soms niet lukt?
“Als programmamanager stuiten we continu op uitdagingen door de complexiteit van de organisatie, beperkte middelen, tekort aan mensen en uiteenlopende belangen binnen en buiten de gemeente. Deze complexiteit wordt verder vergroot door snelle technologische ontwikkelingen en voortdurende veranderingen in stadsdynamiek en rijksbeleid. Het managen van deze dynamiek vereist dat we flexibel zijn, de juiste mensen betrekken en effectief samenwerken met diverse stakeholders, waaronder de rijksoverheid en omliggende gemeenten. En uiteraard met ons eigen stadbestuur: wethouders en Raad.
Succes in deze rol hangt af van drie dingen: je moet het vak begrijpen, je moet jezelf goed kennen en je moet een beetje geluk hebben. Je hebt lang niet alles in de hand; veel dingen om ons heen gebeuren gewoon. Dat zijn krachten die je niet kunt controleren. Mijn recept voor succes is vooral het praten met mensen, weten wat er speelt. Ik ben aan de ene kant bezig met het verbinden, inspireren en zichtbaar maken. Aan de andere kant met structureren, organiseren en zorgen dat het gebeurt. Daarin zit mijn kracht.”
Op welk project ben je trots, omdat het bijvoorbeeld impact heeft gemaakt op Rotterdam?
“Dat was zeker mijn bijdrage aan het nieuwe Rotterdam Centraal. Als ik daar nu langsloop, zie ik niet meer dat plein des doods zie waar je door elk mogelijk voertuig werd overreden voordat je vanuit het station in de stad kwam. Nu zie je een groot plein met standbeeld, met een rode loper de stad in. Dat is zo anders geworden en het functioneert nog steeds. Dat is gewoon fantastisch om te zien. Dat project is ook de aanleiding geweest voor mijn overstap naar projectmanagement.
Maar ook een recenter voorbeeld: onlangs organiseerde het team Goederenvervoer een bijeenkomst in de Van Nelle Fabriek voor ondernemers over de zero-emissie zones die we gaan invoeren voor de logistieke sector. De hele Van Nelle Fabriek stond vol met aanbieders van elektrische busjes en vrachtwagens en adviseurs over hoe je dat moet doen. Meer dan 700 ondernemers lieten zich ter plekke informeren over wat die overstap voor hen betekent, maar ook dat je soms goedkoper uit kan zijn. En dat ook andere gemeenten aanwezig waren en zeiden: dit is gaaf, dit moeten we ook doen! Dat maakt me trots!”
